In mei 2022 heeft Stichting Behoud Monumenten Steyl de oude brandweerwagen van de Steyler brandweer terug naar Steyl gebracht. Deze wagen wordt momenteel grondig opgeknapt en is daarna te bezichtigen in het Ketelhuis in Steyl. Ons lid Carel van Nisselroy doorzocht de gemeentelijke archieven en diverse documenten om de historie van deze Steyler brandweerwagen uit te zoeken. 

 

Van 1925 tot 1943 treedt de brandweer bemand door kloosterlingen van het Missiehuis Steyl op als gemeentelijke brandweer van Tegelen. Daarna blijft de brandweer gestationeerd in het Missiehuis, maar zijn de kloosterlingen vervangen door inwoners van Steyl en Tegelen.

De Bikkers-brandspuit op basis van een Ford V wordt in april 1936 geleverd en doet dienst tot november 1958. De spuit heeft vervolgens een vreemd leven. Hij blijft nog enkele jaren in Tegelen, eerst in particuliere handen (firma Stroeken), daarna bij een garagebedrijf (Allers). Dan verkast hij naar een carnavalsvereniging in Zundert om tussentijds nog een keer naar Tegelen te komen voor een brandweerjubileum. Vanuit Zundert belandt hij in 2007 bij Metaalhandel V.O.F. Henraath in Melderslo. Hier is hij teruggevonden door leden (Geert en Patrick Martens) van de stichting Behoud Monumenten Steyl en door eigenaar Rinus Henraath in ‘semipermanente’ bruikleen afgestaan aan de stichting.

De brandweerwagen tijdens restauratie in september 2022. Foto met dank aan Jos Janssen

De brandweer in Tegelen en Steyl tot 1925

Tot de komst van een brandspuit worden branden geblust met emmers water. Voor Tegelen vervaardigt koperslager Conrad Strucken uit Kaldenkerken in 1778 een koperen brandspuit met een inhoud van 275 Venlose maten. De kosten bedragen 330 Kleefse guldens en de koop vindt plaats onder de voorwaarde dat hij de spuit twaalf jaar lang zal onderhouden. In september 1778 wordt de spuit gestationeerd ‘op Kleef’ aan de Industriestraat. Rond 1850 komt er een nieuwe, grotere spuit, getrokken door een paard. Het water moet worden opgepompt uit open water.

Arnoldus Janssen schaft in 1878 een brandspuit aan om het Missiehuis in Steyl en gebouwen en kloosters in de buurt te beschermen. Het korps bestaat uit studenten van Missiehuis St.Michaël en wordt in 1885 geüniformeerd. Omdat studenten vaak vrij snel vertrekken naar de missie, bestaat de brandweer vanaf 1895 uit broeders van het Missiehuis.

De spuit en materiaalwagen worden door de brandweermannen zelf getrokken en ze rennen naar de brand. De slagvaardige brandweermannen worden ook bij branden in de omgeving van Steyl te hulp geroepen. Al vrij snel neemt de Steyler brandweer het werk van de officiële Tegelse brandweer over.

 

1925: Brandweer Missiehuis wordt brandweer Gemeente Tegelen

Officieel treedt de brandweer van het Missiehuis vanaf 1 januari 1925 op als gemeentelijke brandweer. De verhouding tussen de gemeente en het Missiehuis is op 5 februari 1925 geregeld in een onderhandse overeenkomst. De overeenkomst wordt in eerste instantie voor vijf jaar gesloten. Ze houdt in dat de Gemeente de brandspuit zal aanschaffen en er eigenaar van blijft. Onderhoud ervan plus van de onderdelen, en onderhoud van het materieel en de uniformen zijn voor rekening van het Missiehuis, dat ook zorgt voor de bemensing, organisatie en oefeningen. De gemeente verzekert het brandweerpersoneel tegen ongevallen en overlijden. Jaarlijks betaalt de gemeente een subsidie voor uniformering en uitrusting (fl. 50,00), een vergoeding per optreden (fl. 25,00) en de brandstof en olie voor de brandspuit. Verder zijn er bepalingen m.b.t. uitruksterkte, reserve-manschappen en de jaarlijkse oefeningen.

In de loop van 1925 koopt de gemeente Tegelen bij de firma Van der Ploeg (Apeldoorn) een ‘Ford-automobielbrandspuit’ (Ford-TT) voor een bedrag van f. 5996,00 die in het Missiehuis wordt gestationeerd. De spuit met 28 pk-motor, een vermogen van 300 liter water per minuut en twee stralen wordt op 1 juli 1925 ingezegend. Ook beschikt de brandweer over een slangenwagen met haspels en voldoende persslangen die regelmatig worden vernieuwd en aangevuld. Burgemeester Coenders meldt in 1926 trots aan de Gouverneur van Limburg dat Tegelen een brandweer heeft die uniek is in Nederland, omdat ze geheel wordt bemand door kloosterlingen.

De T-Ford automobielbrandspuit uit 1925 met de Steyler brandweer in actie.

De samenwerking Steyl-Tegelen verloopt prima, zo laat het college van B&W van Tegelen jaar na jaar weten aan Gedeputeerde Staten van Limburg. Het personeel en de brandspuit zijn in één gebouw ondergebracht en daardoor is een snel optreden gewaarborgd.

 

1933: Een nieuwe brandweer is noodzakelijk

Na ruim acht tevreden jaren meldt broeder Auspicius Birk, die vanaf 1923 commandant is en dat blijft tot 1955, aan het gemeentebestuur van Tegelen zijn bedenkingen over de brandspuit. Op 16 oktober 1933 schrijft hij: ‘Omdat in den laatsten tijd de Ford-Motor zich herhaaldelijk weer als te zwak bewezen heeft en aan de eischen, die somtijds worden gevergd, niet voldoet, stellen wij U voor, zoo deze motorspuit niet gemakkelijk aan een kleinere Gemeente kan worden verkocht, den wagen bij den leverancier tegen een zwaardere motorspuit te ruilen. Zeker zou dit het voordeligst zijn.’ Het college van B&W van Tegelen onderneemt na deze melding niet meteen actie. Pas twee jaar later laat het aan Gedeputeerde Staten van Limburg weten dat de brandspuit en de overige hulpmiddelen in goede staat verkeren, dat de manschappen goed getraind zijn, maar dat de motor van de spuit te licht is en daardoor niet meer voldoet. Op voorstel van B&W wordt op de gemeentebegroting van 1935 een bedrag van fl. 3500 opgevoerd voor het kopen van een nieuwe motorbrandspuit. Een jaar later meldt B&W aan Gedeputeerde Staten dat een bedrag van fl. 5000 op de begroting is opgenomen. Blijkbaar is de begroting tussentijds herzien. Ondertussen heeft de brandweer met de te lichte motorspuit in 1934 vijf maal een brand geblust en drie maal een oefening gehouden en in 1935 zes maal geblust en zes maal geoefend.

 

1936: De nieuwe brandspuit

De onderhandelingen over de aankoop van de nieuwe brandspuit zijn eind 1935 nog niet rond, maar in januari 1936 kan aan de firma Bikkers in Rotterdam de opdracht worden gegeven een nieuwe brandspuit voor Tegelen te bouwen. De levering volgt op 16 april 1936.

De spuit kan gemiddeld 2000 liter water per minuut leveren met een opvoerhoogte van 60 meter en heeft vier drukleidingen. De Ford V met hetzelfde persoonsgebonden nummer als de vorige Ford TT, namelijk P10212, telt acht cilinders en levert 80 pk.

De auto kan behalve de chauffeur en een begeleider een bezetting van tien man hebben en is voorzien van alle nieuwigheden. Buiten het toebehoor worden meegeleverd: 1 opzetstuk, 4 straalpijpen met verstelbare monden, 1 schijnwerper, 1 sirene, 1 verdeelstuk, 4 verloopkoppelingen, 1 intrablusser, 3 haspelcovers, 1 eenvoudige ladder, 2 haakladders, 200 m plat geweven slangen met koppelingen, doorsnee 3”, 200 m rond geweven slangen met koppelingen, doorsnee 3”. Pater-rector Feldmann zegent de brandspuit in op de dag van aflevering. De brandweer van Steyl, met 19 man personeel, kan dag en nacht binnen drie tot vier minuten uitrukken.

De in 1936 aangekochte Ford V-Bikkers. 

De garage van het Missiehuis, achter het Missiemuseum, moet voor het stallen worden aangepast. De muur in het midden van het onderkomen wordt verwijderd, de oude toegang wordt dichtgemetseld en er komt een nieuwe toegangsdeur. Elektra en waterleiding worden vernieuwd. Dit gebeurt allemaal op kosten van het klooster. Hier staat tegenover dat de gemeente de oude spuit met aanhanger aan het klooster schenkt.

 

Tweede Wereldoorlog

Vanaf de komst van de nieuwe motorspuit tot 1942 blijven de zaken rond de brandweer goed verlopen, maar dan verandert de situatie. Er komt een tweede brandweereenheid in Tegelen, een hulpkorps met een baby-spuit. Door de oorlog neemt de sterkte van het Missiehuis-korps af, want veel Duitse broeders moeten onder de wapenen. Tegelse en Steylerse jongeren nemen hun plaats in, ook om de Arbeitseinsatz te ontlopen. Onder leiding van H. Clabbers neemt het hulpkorps feitelijk de taak van gemeentebrandweer over van de Missiebrandweer.

Het Missiehuis brengt over het tweede halfjaar van 1942 bij de gemeente nog zeven optredens bij branden (vier maal in Tegelen, twee maal in Belfeld en een maal in Geleen) in rekening (fl. 554,96) en met onderhoud van de brandweerauto en de vergoeding voor de uitrusting erbij betaalt de gemeente fl. 793,67 aan het Missiehuis.

Op 7 januari 1943 stuurt brandweercommandant van Steyl, broeder Auspicius Birk, de burgemeester van Tegelen een brief met het voorstel om de overeenkomst uit 1925 te wijzigen, omdat in de vrijwillige brandweer van het Missiehuis nu ook het personeel van de luchtbeschermingsdienst is opgenomen. De gemeente gaat akkoord. Voor de uitrusting zal de gemeente jaarlijks 5% van de aanschafwaarde ervan betalen (fl. 135,45) en voor het gebruik van de garage en vertrekken fl. 140,90. Ook worden nieuwe vergoedingen bij branden, oefeningen en reparaties/schoonhouden vastgesteld.

Aan het einde van 1943 ontvangt de Gemeente Tegelen van het Missiehuis een rekening met de onkosten van de brandweer, voor het eerst zonder opgave van kosten voor het uitrukken bij branden. Over 1943 dient de gemeente fl. 512,85 te voldoen. Uit deze rekening en de volgende jaarlijkse rekeningen blijkt dat de brandweer van het Missiehuis niet meer de officiële Tegelse brandweer is, maar dat het Missiehuis alleen vergoedingen ontvangt voor het gebruik van de garage, de uitrusting en het onderhoud van de motorspuit.

In de zomer van 1944 moet de brandweerwagen worden verborgen. Hij wordt gesloopt en de onderdelen worden op verschillende plaatsen verstopt. Na de oorlog duikt de wagen weer op en wordt gestationeerd in de garage van het Missiehuis.

Op 1 juli 1945 bericht de gemeente aan het Missiehuis dat de jaarlijkse uitkering voor de garage voorlopig zal vervallen, maar in de winter van 1945/1946 staat de grote spuit toch bij het Missiehuis. De Rijksinspecteur van het Brandweerwezen gaat in september 1946 akkoord met de organisatie van de vrijwillige brandweer in Tegelen die beschikt over een autospuit en een reserve baby-spuit en een totale personeelssterkte heeft van twintig man.

De situatie van het onderbrengen van de brandweerauto in de garage van het Missiehuis wordt op 1 mei 1948 opnieuw door de gemeente beëindigd, maar toch blijkt de autospuit in de winter van 1948/1949 er weer te worden gestald voor een vergoeding van fl. 15,00 per maand. Ook in 1948 wil de gemeente de jaarlijkse vergoeding voor de uitrusting aanpassen, omdat er minder uitrustingsstukken zijn dan aangegeven.

Als op 18 augustus 1948 de rekening van het Missiehuis bij de Gemeente Tegelen binnenkomt voor het gebruik van hun materiaal (fl. 182,50) vindt de gemeente dat de materialen, waarvoor ze in de periode 1925 tot en met 1942 in totaal fl. 900,00 heeft betaald en van 1943 tot en met 1948 fl. 812,70, voor een redelijk bedrag (fl. 280,00) moeten worden overgenomen. Het voorstel gaat naar het Missiehuis en wordt geaccepteerd. Over 1948 betaalt de gemeente aan het Missiehuis fl. 174,13 voor onderhoud en de afrekening over 1949 bedraagt fl. 226,19. Als laatste bewijs van samenwerking van de Gemeente Tegelen met het Missiehuis getuigt een bericht uit februari 1950 waarin het Missiehuis aan de gemeente zestien nekleren aanbiedt voor fl. 2,00 per stuk. Of ze zijn overgenomen is niet duidelijk.

 

1958: Vervanging van de Bikkers-spuit

De brandweerauto wordt van 1950 tot 1957 gestationeerd in een van de bijgebouwen van het oude gemeentehuis (Wilhelminaplein) en daarna in de garage aan de Spoorstraat (pand Teeuwen). In 1962 wordt een nieuwe garage in de Muntstraat in gebruik genomen. De Bikkers-spuit wordt in november 1958 vervangen door een Commer HD-nevelspuit, in die tijd een uiterst moderne brandweerauto. In 1963 schaft Tegelen een Commer lagedruk-spuit aan.

 

Carel van Nisselroy

April 2023

De brandweerwagen Commer HD-nevelspuit voor gemeentehuis Raadhuislaan op 30 november 1958. Foto van Gemeentearchief Venlo 10_1163.01.

Bronnen

– Het mooiste stuk in museum ‘Het Ketelhuis’ te Steyl. In: Een-Een-Twee, Tijdschrift over Brandweer en Hulpverlening, 43e jaargang nummer 4, aug/sept 2022.

– GAV (Gemeente Archief Venlo): Archiefnummer 243, inventarisnummers 4309 (Brandweer) en 4314 (Verhouding gemeente met brandweer Steyl).

– Manfred Krause: Die Steyler Feuerwehr. Steyl 2009.

– Willem Kurstjens: 75 jaar Tegelse brandweer. Tegelen 2000.

– Marcel van Lier: Brandweerwagen van de paters na zestig jaar terug in Steyl. De Limburger (app), 31 mei 2022.

– Ordensbrüder in Feuerwehr-Uniform. In: Wochenpost Steyler Illustrierte Hefte, 21. Juni 1936.

– Nieuw materiaal voor de Tegelse brandweer. In: Dagblad voor Noord-Limburg, 23 januari 1958.

– Rinus Henraath. Informatie april 2023.

– Van emmertjes water tot hogedruk nevelspuit. Twee eeuwen brand blussen in Tegelen. In: Dagblad voor Noord-Limburg, 22 november 1958.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn aangegeven met *

Plaats reactie