Eugène Dubois, een van de grootste wetenschappers uit de Nederlandse geschiedenis, staat centraal in de lezing van Wiel Schins op 20 juni in ’t Zaelke in Tegelen. Dubois vond in 1891-1892 in de buurt van Trinil op Java fossielen van een onbekende primaat met de kenmerken van zowel een mens als een mensaap. Dubois noemde zijn vondst Pithecanthropus erectus, rechtopgaande aapmens. Daarmee leverde hij het sluitende bewijs voor de evolutietheorie van Darwin.
Dubois verrichte veel opgravingen in de kleigroeven van de Tegelse dakpannenfabrieken. De fossielen en plantresten gebruikte hij voor zijn onderzoek. Zaden en pollenkorrels die door hem werden aangetroffen in de twee miljoen jaar oude klei van Tegelen werden gebruikt om te experimenteren met nieuwe plantensoorten. Op latere leeftijd leefde hij als kluizenaar in zijn kasteel in Haelen. Hij was een kleurrijk figuur waar veel over geschreven is en naamgever van de Professor Dubois Stichting die ontstond uit Martinushof en Maria Auxiliatrix (tegenwoordig De Zorggroep). Eugène Dubois stierf in 1940 en ligt begraven op de algemene begraafplaats van Venlo.
Dr. Ir. Wiel Schins vertelt ons over Dubois en zijn onderzoek naar plantresten en fossielen uit de Klei van Tegelen. Wiel Schins is natuurwetenschapper en voorzitter van de Nederlandse Geologische Vereniging afdeling Limburg. De lezing op 20 juni, georganiseerd door de Heem en Speeltuin Klein Zwitserland, begint om 20.00 uur in ’t Zaelke (Ariënsstraat 21 Tegelen). Leden van de Heem hebben gratis toegang. Niet-leden betalen € 4,-.
Meer informatie over Eugène Dubois is hier te vinden.