Willem Kurstjens schreef een achtdelig verhaal over het Tegelen in de Tweede Wereldoorlog. Dit aan de hand van reclameborden van het merk Persil, die de Duitse soldaten de weg door Tegelen moesten wijzen.

De volgende delen worden komende weken gepubliceerd.
Heb je andere onderzoeksuggesties of op- en aanmerkingen, laat dit dan vooral weten aan Willem (willemkurstjens@gmail.com).

 

Reclamebord van Persil dat als wegwijzer zou kunnen fungeren.

Deel 6 – door Willem Kurstjens

In de vorige aflevering hebben we gezien dat de verklaring van chemigraaf Verheijden over de plaatsing van reclameborden in het landschap wordt ondersteund door een bijschrift van foto’s in het Duits legerblad Signaal. De plakkaten van agent Boschker zijn echter een verhaal apart, omdat daarbij het tactisch gebruik van de voorkant voorop staat: welke richting geeft de afgebeelde persoon aan? Zijn  zowel de reclameborden als de muurplakkaten door de Duitsers gebruikt bij de inval in Nederland, dan ligt het voor de hand dat Duitse troepen hierover zijn geïnstrueerd in hun marsbevelen.

 

INSTRUCTIES

Militaire instructies worden verstrekt tijdens briefings aan de vooravond van de strijd, in kazernes of ter velde. In dit geval lijkt de meest voor de hand liggende instructie van de commandant aan zijn troepen te zijn geweest: ‘Jungs, achtet auf das Persil-Schild, ATA ist rechts, IMI ist links.’  ofwel ‘Jungs, achtet auf das Persil-Plakat. Wohin die Person weisst, die Richtung sollt ihr folgen.’

Als er zulke instructies zijn gegeven, dan moeten ze hun weg in de geschiedschrijving zeker gevonden hebben. Niet elke dag worden er reclameborden als wegwijzer gebruikt, zoals De Jong in zijn boek over de Vijfde Colonne reeds signaleerde, en zeker niet op de wijze die Boschker beschrijft. Mocht dat toch het geval zijn, dan moet dat op een of andere manier terugkomen in de verslagen van de oorlogshandelingen die achteraf zijn opgemaakt, de zogenaamde gevechtsverslagen. Welk op deze verslagen gebaseerd geschiedboek men over de Duitse inval ook opslaat, – Duitse of Nederlandse, algemene of gedetailleerde – er wordt met geen woord over gerept. Het gebruik van Persil-reclameborden of andere reclameborden behoorde kennelijk niet tot de reguliere krijgslisten. In elk geval wisten de gewone manschappen er niets vanaf. Dat blijkt ook uit het proces-verbaal van Boschker. Als hij op 10 mei ’s avonds bij in Tegelen ingekwartierde Duitse soldaten zijn licht op gaat steken, blijkt niemand iets van speciale stafkaarten met zulke borden te weten.

 

DE ROL VAN DE ABWEHR

De Duitse Persil-vertegenwoordiger uit de NIOD-notitie moet er echter meer van hebben geweten, om niet te zeggen alles. Hij was hoogstwaarschijnlijk niet in dienst van de firma Persil, maar van de Duitse Abwehr, de Duitse spionagedienst die onder leiding stond van admiraal Wilhelm Canaris. Uit het boek Mei 1940 – de strijd op Nederlands grondgebied – een standaardwerk van het NIMH (Nederlands Instituut voor Militaire Historie) – blijkt dat deze dienst een doorslaggevende rol heeft gespeeld bij het oprollen van de eerste Nederlandse verdedigingslinie, de Maaslinie. Dat is de strook grond aan de overzijde van de Maas, dat van kazematten, loopgraven en prikkeldraad was voorzien. Canaris had hiervoor een paar bijzondere eenheden gevormd: het Bau-Lehrbatataillon zur besonderer Verwendung 800 in Brandenburg en het Bataillon zur besonderer Verwendung in Breslau. Deze eenheden waren aangevuld met in Duitsland wonende WA-ers, jonge paramilitairen van de NSB, die zich hadden georganiseerd in de ‘gymnastiekvereniging’ Sport en Spel. Zij speelden een prominente rol bij de overval op de Maasbruggen. Als er mensen geweten hebben van het speciale gebruik van reclameborden, dan moeten ze in deze  kring gezocht worden.

 

DE ABWEHR IN VENLO

Volgens F. Kluiters, de auteur van de internetpublicatie De Abwehr in Nederland (1936-1945) was Limburg een belangrijk rekruteringsgebied voor de Abwehr. Hij citeert een collega-auteur die schrijft: ‘Vooral Limburg blijkt de Achilleshiel van het Koninkrijk der Nederlanden te zijn. Stiefkind van politiek Den Haag, waar de Limburgse bevolking niet au-serieux wordt genomen en als derde-rangs-burgers wordt behandeld, wegkwijnt door schrijnende werkloosheid, is het rijp voor de nazi’s. Het blijkt een vruchtbare voedingsbodem te zijn.

Alfred Meiler

De Abwehr wierf volgens hem in Limburg niet alleen Nederlanders, maar ook Rijksduitsers. Voor Venlo noemt hij als agent de Duitser R. Kahrmann, die in 1925 aan de Maas de Metaalwarenfabriek Venlo oprichtte. Hij werkte samen met O. Göbelsmann en Kaufmann en bracht zowel berichten als agenten de grens over. Medio januari 1940 werd Kahrmann samen met Göbelsmann gearresteerd op verdenking van spionage en bij besluit van 14 februari 1940 werden ze als ongewenste vreemdelingen naar Duitsland uitgeleid; Kaufmann was hen al op 27 januari voorgegaan.

Ook rond en bij de firma Nedinsco waren Abwehr-agenten actief. De bekendste hiervan waren Alfred Meiler, die in Venlo een elektrozaak had en onderdelen aan Nedinsco leverde, en Udo von Bonin, die  in de directie van Nedinsco zat en tevens viceconsul was. In 1935 werd hij voor de Abwehr in Berlijn gedetacheerd. Volgens historisch onderzoeker Gerrit van der Vorst vormden ze een soort koningskoppel binnen de Abwehr tot ver in de oorlog. In deze kringen moet ook de Duitse vertegenwoordiger van Persil gezocht worden, als hij ten minste daadwerkelijk heeft bestaan. Het bewijs daarvoor zal niet gemakkelijk zijn te leveren, want volgens Hans Bentzien, Duits Abwehr-onderzoeker, zijn de archieven van de Abwehr vernietigd of bevinden ze zich ergens achter slot en grendel in Amerika of Groot-Britannië. Mocht dat het geval zijn en komt er ook geen evidentie uit andere bronnen, dan is dit de laatste aflevering van deze serie.

 

Bronnen:

  • Amersfoort, H. en Kamphuis, P. (red.): Mei 1940 – de strijd op Nederlands grondgebied
  • Bentzien, H. : Divison Brandenburg. Die Rangers von Admiral Canaris (Berlijn 2004)
  • Bosch, H.:  Der Zweiten Weltkrieg zwischen Rhein und Maas, (Geldern 1977), p. 55
  • Brauer, J. : De verraders van 10 mei 1940 (Geschiedenis Magazine nr. 3 2021)
  • Jong de, L..: De Duitse Vijfde Colonne in de Tweede Wereldoorlog (Amsterdam 1953), p. 319 e.v.
  • Kriegsheim, H.: Getarnt, Getäuscht und doch Getreu (Berlijn 1958)
  • Vorst van der, G. : De strapatsen van de Venlose superspion Alfred Meiler (Buun – Venlo 2014), p. 134

 

Wordt vervolgd…….

N.B. Hebt u onderzoekssuggesties of andere op- en aanmerkingen, stel u dan met mij in verbinding: willemkurstjens@gmail.com

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn aangegeven met *

Plaats reactie